“Kunnen jullie dit aan?” vroeg de huisarts, toen ze haar verhaal had gedaan.
Even was het stil, en toen antwoordde ik: ”Ja, we gaan ons uiterste best doen.”
Ruim vijf uur later zit ik op het krukje naast het lage tweepersoonsbed.
Het past net.
De zon schijnt fel de slaapkamer in en het zweet loopt over mijn rug. Mijn handen zijn nat in mijn handschoenen. Mijn spatbril beslaat.
Hier zit ik dan, in een huis dat ik niet ken, in een slaapkamer waar ik niet eerder was, met foto’s aan de muur die ik niet eerder zag.
In bed ligt een dame die ik tot vandaag nooit had ontmoet, met een zorgvraag die ik niet eerder kreeg.
Naast haar ligt haar dochter. Ze ligt met kleren aan op bed en kijkt naar haar moeder, die zelfs in rust benauwd is.
Ze heeft hier bewust voor gekozen. Ze wilde niet naar het ziekenhuis, niet aan de beademing. Het zou waarschijnlijk niet baten, zo hadden ze haar uitgelegd. Ze is te oud, te kwetsbaar, te broos.
Nu ligt ze thuis in bed. Opstaan of verliggen lukt haar niet meer.
Op haar nachtkastje liggen de infuuspompen. Ik heb ze elders met een collega helemaal voorbereid. Dat kon niet hier in huis. Iedereen die niet per se hier hoeft te zijn, moet wegblijven.
Ik zucht onhoorbaar, en vertel wat ik ga doen, stap voor stap.
Soms moet ik iets herhalen, omdat ze me door mijn mondmasker niet heeft verstaan.
Ze knikt. Ze heeft me begrepen.
Ik kijk naar haar dochter. Ook zij knikt.
Ik koppel de slangetjes aan elkaar en druk op start. De piepjes van de pompen klinken schel in mijn hoofd. De pompen lopen…
Ik hoop dat ze zich snel comfortabel voelt. Dat ze niet meer benauwd is. Dat ze geen pijn meer heeft.
Ik blijf nog even op het krukje zitten en dwing mezelf dan om naar beneden te gaan.
Beneden, in de sta-op-stoel zit meneer. Hij is dik en warm aangekleed maar ziet er naakt uit, zonder schort, zonder masker, zonder handschoenen en zonder spatbril.
Ik ga tegenover hem zitten. Hij ademt zwaar. We zeggen weinig. Alles is gezegd.
We weten dat ik binnenkort terug kom voor hem. We weten alleen nog niet wanneer dat zal zijn. Maar dat ik kom staat vast.
Als ik het huis verlaat zie ik de gordijnen van de buren bewegen…
16 reacties On Gordijnen
Kippevel Anne.
Zwaar.
Veel respect Anne
Tranen.
Tranen
zo triest…
Heftig Anne! ????
Pfff
Ach. Heel veel sterkte. Je doet het goed.
Och Anne wat heftig, sterkte in deze moeilijke tijd.
Ontroerend . . .
Moeilijk, zwaar, dapper.
Heftig
Wat zal jij een heftige tijd beleven. Dank voor het inkijkje. Indrukwekkend hoor.
Pffff
Heftig en verdrietig